Referenties – Katrinahof

In 1999 werd ik gecontacteerd door een goede relatie die bestuurslid is van het Katrinahof, een school voor mentaal benadeelde kinderen, die gevestigd is in het stadscentrum van Antwerpen, vlakbij het Harmoniepark.  Het pand naast de school was leeg komen te staan en werd aangekocht omdat dit een uitstekende gelegenheid was om de school te kunnen uitbreiden.

Het betrof een oud herenhuis van rond 1900 met een sierlijke gevel in witte natuursteen, een statige marmeren inkom, een prachtige houten trappartij (waarbij ook passerellen gemaakt werden om de traphal over te steken zonder over de trap zelf te moeten gaan), grote ruimten met hoge plafonds, een “sous-sol” waar de keuken en de bergingen (met kelder) voor het personeel ondergebracht werden, een verborgen diensttrap, een verdieping onder het dak waar het personeel verbleef, een paar siervolle vertrekken op het schoon verdiep, parketvloeren, hoge deuren, …

Het pand moest omgevormd worden om als school dienst te kunnen doen, waarbij een verbinding met het bestaande schoolpand moest gerealiseerd worden en waarbij de school ook toegankelijk moest gemaakt worden voor rolstoel-leerlingen.  Dit was niet eenvoudig omdat de vloeren van beide naburige panden nergens op hetzelfde niveau zaten.  Er werd met een lift gewerkt op de plaats van de diensttrap die voor beide panden dienstig was.

Een ander probleem was de centrale traphal, die volledig uit hout bestaat.  De brandweer zag dit niet zitten en wou ze laten vervangen door een betonnen trap, doch monumentenzorg wou het mooi houtsculpteerwerk niet verloren zien gaan.  Na een samenkomst van brandweer, monumentenzorg, stedenbouw en de beheerraad van de school werd besloten om de trap te behouden, mits een reeks extra brandvoorzieningen.  De trap werd dan nog uitgebreid naar het bovenste verdiep, dat volledig vernieuwd werd.  Het dak was immers doodversleten en werd vervangen door een hoger mansardedak, zodat ook hier klaslokalen konden ondergebracht worden.  De lichtkoepel werd vervangen door een nieuwe met brandluik.  De binnenkoepel, die vroeger in de vloer van de bovenste verdieping lag, werd opgetrokken tot een halve meter onder de nieuwe koepel, zodat de lichtinval op de gekleurde ruiten nog steeds mee bleef spelen in de monumentale traphal, maar dat bij brand de rook er toch rond kon naar het brandluik toe.  Ook de kroonluchter in Venetiaans glas werd opnieuw aan een lange ketting aan de binnenkoepel opgehangen.

Enkele klaslokalen werden voorzien van een keuken.  Dit hoort immers in het leerprogramma van de oudste klassen: zelfstandig leren koken.  Er werd ook een turnzaal ondergebracht in de grootste ruimte op het schoon verdiep, een leraarslokaal met dakterras en een bus-wachtruimte/speelruimte in de sous-sol.

De voorgevel werd opgekuist, de antieke houten ramen werden voorzien van dubbele beglazing, er werd een extra nooduitgang voorzien achteraan, de achtergevel werd geïsoleerd en bepleisterd, er werd een volledig nieuwe installatie voorzien van cv, elektriciteit, sanitair, alarm, pc, tv, telefoon, …

Het is veruit de moeilijkste verbouwing ooit geweest, niet alleen technisch, doch ook omdat de aannemer niet bepaald vlot samenwerkte, maar het resultaat mag er wezen.