Referenties – Breydel

Een reeds bestaande groep van kansspelinrichtingen in het Statiekwartier in Antwerpen kocht een leegstaand hoekpand aan in dezelfde buurt om er opnieuw een soortgelijke zaak in op te starten.  Oorspronkelijk was dit gebouw een hotel, dat tijdens WOII plat gebombardeerd werd.  Na de oorlog werd er een benzinestation gebouwd, dat later, toen de buurt verloederde, leeg kwam te staan.  Tijdens de heropleving van de buurt in de jaren ’90 kwam er een Spaanse tapasbar in, doch deze uitbating werd stopgezet na enkele jaren, waardoor het pand opnieuw leeg kwam te staan.

De bedoeling voor de bouwheer was aanvankelijk om de verdiepingsvloer eruit te halen, zodat een gelijkvloerse gokhal gebouwd zou worden met een hoog plafond om het groots te maken.  Hiervoor moest wel de ganse betonconstructie aangepast worden.  Het kolommenpatroon van het gelijkvloers kwam immers niet overeen met dat op de verdieping.

Daarbij kwam nog dat de betonplaat van het dak behouden moest blijven.  Voor stedenbouw mag er immers niet meer gebouwd worden over de volledige oppervlakte van het perceel.  Als het gebouw dus volledig afgebroken zou worden, zou een ruimte vrij gelaten moeten worden, achteraan, wat voor minder vloeroppervlakte zou zorgen, terwijl deze oppervlakte reeds klein te noemen was.  Het dak moest dus gestut worden, alles moest er onderuit gehaald worden en vervangen worden door een nieuwe (staal)constructie.  Hierbij werd er oa een stalen ligger van meer dan 14 m onder de dakplaat geschoven.

Op deze basis werden de plans opgesteld.  Daarbij kwam dat de kansspelwet bepaalt dat men niet van buiten naar binnen mag kunnen kijken.  Hierdoor ontstond het idee om de beide zijgevels van het hoekpand blind te maken en op de (afgeknotte) hoek een inkompartij te maken die geheel in glas bestaat om zo uitnodigend mogelijk te kunnen zijn.  Achter dit glas wordt dan een binnenwand geplaatst om geen inzicht te krijgen.  De inkom zelf wordt gemaakt met een sas met schuifdeuren, waarbij de ene deur maar open kan als de andere dicht is.

De overheid, meer bepaald stad Antwerpen, deed uiterst moeilijk in de vergunningsprocedure.  Er moesten ramen komen in de zijgevels voor de sociale controle (terwijl die er zelfs niet mocht zijn in dit geval), de brandveiligheid werd met argusogen bekeken,  alsook de toegankelijkheid voor mindervaliden.  Hierdoor duurde dit allemaal zeer lang vooraleer kon begonnen worden.

Uiteindelijk verliep alles redelijk vlot, op enkele punten na.  Ook de gevelmaterialen werd in de loop van de werf nog aangepast, waardoor het resultaat heel anders werd dan het ontwerp.

Op het laatste werd de afwerking en inrichting overgenomen door een binnenhuisontwerper, waardoor dit niet meer door mijn toedoen werd gerealiseerd.